Mannen van Meerlanden aan het werk

Vragen én antwoorden over nieuwe manier van afval scheiden

04 juni 2020
Duurzaamheid, Een nieuwe manier van afval scheiden

Vorige week stemde de gemeenteraad van Haarlemmermeer in met het plan Van Afval- naar Grondstoffeninzameling (VANG). In dit plan stelde het college van burgemeester en wethouders een nieuwe manier van afval scheiden voor. Uit de reacties op de sociale media blijkt dat dit plan veel losmaakt. Logisch, want heb je het over afval, dan kom je bij mensen thuis.

“Afval dumpen zal alleen nog maar erger worden.” “Heeft de gemeente ook nagedacht over gezinnen met luiers?” “Restafval wordt veel te weinig opgehaald.” Dit is een greep uit de reacties naar aanleiding van het artikel Gemeenteraad akkoord met nieuw plan afval scheiden. Hieronder geven we antwoord op de meest gestelde vragen en reacties.

Mannen van Meerlanden aan het werk. Foto: Meerlanden

Waarom is er een nieuw plan voor afval scheiden nodig? 

Het Rijk heeft landelijke doelen gesteld aan gemeenten. De hoeveelheid restafval moet terug naar  30 kilo per inwoner per jaar in 2025. Op dit moment wordt in Haarlemmermeer nog zo’n 190 kilo restafval per inwoner per jaar weggegooid. We moeten samen dus nog flinke stappen zetten. Door afval beter te scheiden, moeten deze doelen haalbaar zijn. 

Bovendien maakt de Rijksoverheid het verbranden van restafval steeds duurder. De kosten hiervoor komen via de afvalstoffenheffing voor rekening van inwoners. De gemeente zoekt daarom naar manieren om de afvalstoffenheffing minder snel te laten stijgen. Een lagere hoeveelheid restafval en winst op herbruikbare grondstoffen kunnen hier samen voor zorgen. 

Is een kleinere rolemmer voor restafval één keer per vier weken ophalen niet veel te weinig? 

Een vaak terugkerende, en ook begrijpelijke, reactie is: “Mijn restafvalcontainer zit na twee weken echt vol, terwijl ik mijn afval heel goed scheid”. Toch blijkt uit analyses van Haarlemmermeers restafval dat er nog veel grondstoffen in het restafval zitten, zo’n 92 procent. Afval dat nog veel in het restafval zit, zijn bijvoorbeeld groente-, fruit-, tuinafval en etensresten (GFT + E; 34 procent) en plastic verpakkingen, blik en drinkpakken (PBD; 16 procent). Maar ook textiel, glas, papier en apparaten worden in het restafval gevonden. Voor GFT+E en PBD krijgen inwoners aparte, grotere rolemmers, die vaker worden opgehaald. Zo kunnen zij al heel makkelijk grote stappen zetten in het verminderen van de hoeveelheid restafval. Bovendien wordt door het afval goed te scheiden stankoverlast voorkomen. Het restafval bestaat dan nog vooral uit afval zoals chipszakken, pizzadozen, koffiecups en kattengrit. Dit afval kan nu nog niet gescheiden ingeleverd worden. 

De inwoners van Rijsenhout-Zuid hebben in 2017 al laten zien dat het haalbaar is, een 80 liter rolemmer voor restafval die één keer per vier weken wordt opgehaald. 400 huishoudens uit deze wijk deed mee aan de afvalproef ‘Winst uit je Afval’ en haalden een resultaat van 47 kilo restafval per inwoner per jaar. Een inwoner schrijft hierover op Facebook: “Door het scheiden in de tijd van de proef was dit uiteindelijk prima te doen. Er zat bijna niets in. Wij zagen er toen ook tegenop, maar uiteindelijk viel het alles mee”.

Hoe zit het met luiers? 

De gemeente merkt dat met name gezinnen met kleine kinderen zorgen hebben over de kleinere rolemmer voor restafval met lagere ophaalfrequentie. Zo schrijft een inwoner: “Als je kinderen nog in de luiers zitten, is een 80 liter bak die elke twee weken wordt geleegd al krap, zelfs als je alles scheidt. Eén keer in de maand is echt niet te doen. Om nog maar niet te spreken van de stankoverlast …”. 

Het gebruik van luiers veroorzaakt gemiddeld inderdaad zo’n 20 kilo restafval per kind per maand. Hierdoor is het minderen in de hoeveelheid restafval een forse opgave voor gezinnen met kinderen. Gezinnen kunnen kiezen voor een grotere rolemmer van 140 liter, die wel wat duurder is dan de standaard 80 liter. Ook zijn er voorbeelden van ouders die gebruik maken van wasbare luiers. Tegen geuroverlast helpt het in ieder geval om de luiers in goed afsluitbare zakken weg te gooien. Als de nieuwe manier van afval scheiden wijk voor wijk wordt ingevoerd, wordt ook gekeken naar welke oplossingen eventueel nog meer mogelijk zijn voor gezinnen met kinderen in de luiers.  

Gaat er niet meer afval gedumpt worden? 

“Ik vrees het ergste voor zwerfvuil en anonieme dump.” Niet alleen de schrijfster van deze reactie maakt zich daar zorgen over, vele anderen met haar. Het is natuurlijk ontzettend vervelend als afval naast de containers gedumpt wordt. Als inwoners hun afval op de juiste manier aanbieden, wordt overlast voorkomen. 

Tijdens het invoeren van de nieuwe manier van afval scheiden besteedt de gemeente ook aandacht aan het voorkomen van afvaldumping. Daarnaast houdt handhaving toezicht op dumpingen. Er staat een boete van 90 euro op het op straat plaatsen van afval. 

Zijn al die rolemmers niet duurder dan een paar ondergrondse containers?

Ook dit is een logische vraag. Maar het antwoord is eigenlijk heel kort: nee. Het plaatsen van ondergrondse containers kost namelijk heel veel geld. Bovendien wordt met dit systeem meer restafval weggegooid dan met rolemmers. Door vooral met rolemmers te werken, worden er dus meer grondstoffen opgehaald en er hoeft minder restafval verbrand te worden. Dat pakt uiteindelijk financieel voordeliger uit. 

Wanneer wordt de nieuwe manier van afval scheiden ingevoerd? 

De nieuwe manier van afval scheiden wordt wijk voor wijk ingevoerd. De wijken waar de eerdere afvalproef met succes is afgerond (Rijsenhout-Zuid en Linquenda) zijn als eerste aan de beurt. De verwachting is dat dit eind 2020 gebeurt. De rest van de gemeente volgt in 2021. Inwoners worden op hun huisadres geïnformeerd zodra hun wijk aan de beurt is. Meer informatie over de nieuwe manier van afval scheiden en de invoering? Houd dan de website www.haarlemmermeer.nl/afvalscheiden in de gaten.