Bijbehorend bouwwerk

Wilt u een bijbehorend bouwwerk in het achtererfgebied plaatsen? Dan heeft u misschien een vergunning nodig. Een bijbehorend bouwwerk is de verzamelterm voor uitbreidingen, zoals aan- en uitbouwen, maar ook voor bijgebouwen, overkappingen en andere soorten bouwwerken met een dak bij een hoofdgebouw. Controleer met onderstaande vragenlijst of u een vergunning nodig heeft.
Door een fout in de vragenlijst is deze momenteel niet te gebruiken. We werken hard aan een oplossing. Onze excuses voor het ongemak.

Waar controleer ik of ik een vergunning nodig heb voor een bijbehorend bouwwerk?

Landelijke regels

Voor een bijbehorend bouwwerk in het voorerfgebied is altijd een omgevingsvergunning nodig. Een zij-erf, dat is gelegen naar openbaar gebied, is ook voorerfgebied. Een bijbehorend bouwwerk in het achtererfgebied kan soms vergunningsvrij geplaatst worden. U kunt hiervoor een check doen op website van het Omgevingsloket. Hier wordt ook uitgelegd hoe u bepaalt wat het achtererfgebied is. 

Proef 'meer vergunningsvrij bouwen'

Vanaf 1 april 2021 doet gemeente Haarlemmermeer mee aan een proef om meer bouwwerken vergunningsvrij te maken. Hierdoor zijn de eisen om te bouwen zonder vergunning tijdelijk minder streng. Door de vragenlijst in te vullen controleert u of u uw bijbehorende bouwwerk zonder vergunning mag bouwen. U ziet ook of u uw plannen moet melden bij de gemeente en hoe u dat doet. 

Kan ik hulp krijgen bij het invullen van de vragenlijst?

Heeft u de vragenlijst ingevuld maar komt u er niet uit? Misschien helpen deze vragen en antwoorden. Heeft u andere vragen? Neem dan contact op met team Vergunningen via 0900 1852 of via info@haarlemmermeer.nl

Wat is een bijbehorend bouwwerk? 

Een bijbehorend bouwwerk is de verzamelterm voor uitbreidingen, zoals aan- en uitbouwen, maar ook voor bijgebouwen, overkappingen en andere soorten bouwwerken met een dak bij een hoofdgebouw. Het bijbehorend bouwwerk mag geen dakterras of balkon hebben. Dakkapellen, dakramen, erf- en perceelafscheidingen, speeltoestellen, vlaggenmasten en (schotel)antennes zijn geen bijbehorende bouwwerken.  

Wat is achtererfgebied? 

Uw grond bestaat uit voorerfgebied en achtererfgebied. In uw achtererfgebied mag u meer vergunningsvrij bouwen dan in uw voorerfgebied. Daarom moet u het achtererfgebied bij uw woning bepalen. Wat uw achtererfgebied is bepaalt u in drie stappen: 

  1. Bepaal wat de voorkant van uw woning is. De voorkant bepaalt waar het achtererfgebied begint.  
  2. Bepaal of uw grond grenst aan openbaar toegankelijke grond of water. Als dat zo is, dan is de grond daarnaast vaak geen achtererfgebied.  
  3. Teken de lijn die uw grond verdeelt in voor- en achtererfgebied.  

Hoe bepaal ik het achtererfgebied bij een tussenwoning met een tuin recht erachter? 

In deze video ziet u hoe u het achtererf bepaalt bij een tussenwoning (bron: Omgevingsloket, BZK versie 2018).   

Als u een tussenwoning heeft met de tuin er recht achter, dan is het achtererf eenvoudig te bepalen. In andere situaties kan het moeilijker zijn. U moet in ieder geval weten wat de voorkant van de woning is, en wat openbaar toegankelijk gebied is. Hoe u dat doet leest u hieronder. Ook moet u verderop in de vergunningscheck misschien weten wat de exacte oppervlakte van het achtererfgebied is. 

Wat is de voorkant van de woning? 

In deze video ziet u hoe u bepaalt wat de voorkant van uw woning is (bron: Omgevingsloket, BZK versie 2018).   

Waar uw achtererfgebied begint is afhankelijk van wat de voorkant van uw woning is. Er kunnen verschillende situaties zijn. De voorkant van uw woning is meestal de kant die grenst aan de weg. Ook een hoekwoning heeft maar één voorkant. Is het niet direct duidelijk wat de voorkant van uw woning is? Het kan helpen om te kijken aan welke straat uw voordeur zit. Of hoe de huisnummering is van uw woning en die van uw buren.  

Heeft u een aan- of uitbouw aan de zijkant van uw woning? Dan moet u bepalen wat de hoofdvorm van uw woning is. Als een aan- of uitbouw niet tot de hoofdvorm van uw woning hoort, dan behoort ook de voorkant van die aan- of uitbouw niet tot de voorkant van de woning. Een aanbouw van één bouwlaag aan de zijkant van uw woning behoort meestal niet tot de hoofdvorm van de woning. De gevel van de aanbouw, ook als die aan de voorkant van de woning is, hoort ook niet bij de voorkant van de woning. Als de aanbouw uit meer lagen bestaat, zoals bij een T-dak of een L-dak, dan hoort de aanbouw wel bij de hoofdvorm van uw woning. De gevel van de aanbouw hoort dan ook bij de voorkant van de woning. Lukt het niet om te bepalen wat de voorkant van uw woning is, neem dan contact op met de gemeente via 0900 1852

Wat is openbaar toegankelijke grond of water? 

In deze video ziet u hoe u openbaar toegankelijke grond of water bepaalt (bron: Omgevingsloket, BZK versie 2018). 

Het bepalen of er openbaar toegankelijke grond of water naast uw woning ligt is stap 2 in het bepalen van het achtererfgebied. Grenst uw grond aan openbaar toegankelijke grond of water waar iedereen kan komen? Bijvoorbeeld een doorgaande weg, een kanaal, een rivier, een plein, een park of een parkeerplaats? Dan is het gebied naast uw grond openbaar toegankelijke grond of water. Maar loopt er naast uw grond een fiets- of voetpad dat alleen voor u en uw buren is bedoeld? Dan is dat pad geen openbaar toegankelijke grond. Ook een kleine sloot of een klein ontoegankelijk stukje groen naast uw huis is geen openbaar toegankelijke grond of water. 

Hoe teken ik de lijn om het achtererfgebied te bepalen? 

In deze video ziet u hoe u de lijn tekent om uw achtererf te bepalen (bron: Omgevingsloket, BZK versie 2018).  

Het tekenen van de lijn die uw erf verdeelt in voor- en achtererfgebied, is laatste stap in het bepalen van het achtererfgebied. De lijn begint op één meter vanaf de voorkant van uw woning. Ligt naast uw grond de grond van uw buren? Dan trekt u de lijn parallel aan de openbaar toegankelijke grond aan de voorkant van uw woning. De lijn loopt vanaf uw huis tot aan de grond van de buren. Ligt er naast uw grond openbaar toegankelijke grond of water? Dan behoort deze grond naast uw woning niet tot het achtererfgebied. De lijn loopt hier parallel aan het openbaar toegankelijk gebied naast uw woning. De lijn mag niet door uw woning lopen. De lijn mag ook niet op de grond achter uw woning komen. De grond recht achter uw woning is altijd achtererfgebied. 

De grond onder een al bestaand bijgebouw zoals een schuur, garage of tuinhuis hoort ook bij het achtererfgebied. Ook als het bestaande bijgebouw tegen uw woning is aangebouwd, hoort de grond onder dat bestaande bijgebouw tot het achtererfgebied. De grond onder een bestaande uitbouw van uw woning, waarin bijvoorbeeld een slaapkamer of een keuken zit, hoort niet bij het achtererfgebied. 

Lukt het niet om de lijn te tekenen en te bepalen wat uw achtererfgebied is? Of heeft u vragen? Neem dan contact op met de gemeente via 0900 1852 of via info@haarlemmermeer.nl

Wat doe ik na de vergunningscheck?

Begeleiding bij een initiatief

Na het invullen van de vragenlijst weet u of u een vergunning moet aanvragen. Of uw plannen moet melden bij de gemeente. Heeft u een vergunning nodig? Soms is het beter om eerst uw plannen te laten bekijken door de gemeente. De gemeente kijkt dan of de aanvraag van een vergunning zin heeft. Volg de wegwijzer begeleiding bij een initiatief om te zien waar u met uw plan terecht kan.

Andere regels

Naast de regels voor het bouwen kunnen er nog andere regels gelden. Bijvoorbeeld als uw bouwplan gevolgen heeft voor de omgeving. Kijk voor meer informatie op de pagina omgevingsvergunning en vergunningsvrij bouwen.

Hoe vraag ik een vergunning aan voor een bijbehorend bouwwerk?

Een aanvraag voor een vergunning doet u via het Omgevingsloket. Vraagt u de vergunning aan voor uzelf, dan heeft u DigiD nodig. Vraagt u de vergunning aan namens een organisatie, dan heeft u eHerkenning nodig.

Welke documenten heb ik nodig voor de aanvraag?

De gemeente Haarlemmermeer doet mee aan een proef om de aanvraag voor een aantal bouwvergunningen te versoepelen. Hierdoor is de bouwtechnische toets voor kleine bouwwerken, zoals een bijbehorend bouwwerk in het achtererfgebied en lager dan 5 meter vervallen. Dit betekent dat de gemeente minder gegevens van u nodig heeft bij uw aanvraag. Daardoor wordt de aanvraag sneller afgehandeld. 

Let op: het bouwwerk moet wel aan het Bouwbesluit voldoen. Hiervoor bent u als aanvrager zelf verantwoordelijk.

Voor het aanvragen van een vergunning voor een bijbehorend bouwwerk heeft u documenten nodig. Controleer met onderstaande controlelijst of uw aanvraag compleet is.

Aanvraagformulier

Tekeningen

  • Een tekening van de situatie van het stuk grond waarop gebouwd wordt. Deze moet op schaal getekend worden (schaal 1:500 of groter). Op de tekening moet in ieder geval staan:
  1. De afmetingen van het stuk grond waarop gebouwd wordt (perceel).
  2. De oppervlakte van de gebouwen op het stuk grond voor en na de verbouwing.
  3. Hoe het bouwwerk ligt ten opzichte van de weg en de grenzen van het stuk grond.
  4. Waar de ingang en de uitgang van het terrein zijn (ontsluiting van het terrein).
  5. Hoe u de grond voor en na de verbouwing gebruikt. 
  • Een plattegrond (schaal 1:100) van het gebouw voor en na de verbouwing.
  • Een tekening van de gevel(s) van het gebouw (schaal 1:100) voor en na de verbouwing.
  • Een tekening (schaal 1:100) van de doorsnede van het gebouw (langsdoorsnede) voor en na de verbouwing. Laat dus zien hoe het gebouw eruit ziet als je deze door midden zou snijden.

De volgende gegevens heeft u alleen nodig bij een bijbehorend bouwwerk dat hoger is dan 5 meter en dat getoetst wordt aan de bouwtechnische regelgeving:

  • Een tekening van de horizontale en verticale details van het bouwwerk (schaal 1:5 of 1:10) met alle maten.

Maten op de tekeningen

De tekeningen moeten op schaal zijn getekend (bijvoorbeeld 1:50 of 1:100). Een kadastrale kaart wordt meestal getekend op schaal 1:500 of 1:1000. De tekening van de details wordt meestal getekend op schaal 1:5 of 1:10. 

  • Vermeld de precieze maten (in millimeters) van:
  1. Plattegronden (volledig). 
  2. Langdoorsnede (volledig).
  3. Goothoogte en bouwhoogte van het bijbehorend bouwwerk. Dit moet gemeten zijn vanaf het terrein dat direct om het gebouw ligt. Bijvoorbeeld de tuin of de weg. 
  4. Hellingshoeken en dakvlakken (wanneer van toepassing). Een dakvlak is het gehele stuk dak waarop gebouwd gaat worden, dit kan meer dan een gebouw zijn. Soms hoeft u geen hellingshoeken en dakvlakken te (laten) tekenen, bijvoorbeeld als het gaat om een plat dak. 

De volgende gegevens heeft u alleen nodig bij een bijbehorend bouwwerk dat hoger is dan 5 meter en dat getoetst wordt aan de bouwtechnische regelgeving:

  1. Vloerafscheidingen.
  2. Breedte, lengte en vrije hoogte van de verblijfsgebieden en verblijfsruimten. Laat ook zien waar de verblijfsgebieden en verblijfsruimten zich bevinden door arceringen te gebruiken.
  3. Breedte- en de op- en aantreden van nieuwe trappen.
  4. De hoogte van de eerste verdiepingsvloer, gemeten vanaf het terrein dat direct om het bouwwerk ligt.

Constructie van het gebouw

Onderstaande zaken heeft u alleen nodig bij een bijbehorend bouwwerk dat hoger is dan 5 meter en dat getoetst wordt aan de bouwtechnische regels.

Deze punten zijn bedoeld voor een aannemer, leverancier, constructeur of architect. Komt u er niet uit? Neem dan contact met hen op. 

  • Een berekening van de nieuwe constructie en een controleberekening van de bestaande constructie inclusief stabiliteit (volgens de Eurocodes uit het Bouwbesluit 2012). Berekeningen moeten de volgende gegevens bevatten:
  1. Naam, telefoonnummer en e-mailadres van de constructeur.
  2. Inhoudsopgave.
  3. Inleiding met een werkomschrijving.
  4. Datum en het versienummer.
  5. Ondertekening.
  • Tekeningen op schaal van de oude en de nieuwe constructie.
  • De gemeente doet soms sonderingsonderzoek. Dit zijn boringen in de grond om te kijken hoe deze is opgebouwd. De resultaten van deze onderzoeken heeft de gemeente nodig om te kunnen controleren of de fundering goed is. Zijn er geen onderzoeken gedaan door de gemeente binnen 30 meter van uw gebouw? Dan moet u zelf een grondonderzoek laten doen. Hieruit moet blijken hoe de grond is opgebouwd (de draagkracht). 

Soms is het niet nodig dat er een grondonderzoek wordt gedaan. Bijvoorbeeld als u een dakopbouw plaatst maar een ander gedeelte van het gebouw sloopt. Er wordt dan gekeken naar de totale belasting in de oude en nieuwe situatie. Dit heet het gelijkwaardigheidsprincipe. 

Let op! Maakt u een trapgat in of bij een bestaand plat dak? Dan moet u ook de berekeningen van een opvangconstructie indienen. Breekt u een (deel van een) muur of plafond door in het gebouw? Houd dan ook rekening met de constructie van lagere verdiepingen. Breek bijvoorbeeld nooit zomaar een draagmuur door.

Overige zaken

  • Foto's van de bestaande situatie, met daarop ook de gebouwen die direct om uw gebouw liggen.
  • Vermeld het materiaalgebruik en kleurgebruik.
  • Heeft u een woning aan de Ringdijk en heeft u erfpacht? Dan heeft u ook een verklaring van het Hoogheemraadschap Rijnland nodig. Hierin wordt akkoord gegeven voor uw nieuw te bouwen bouwwerk.
  • Soms is een burenakkoord nodig. Wanneer u dit nodig heeft, leest u op de pagina omgevingsvergunning en vergunningsvrij bouwen.

De volgende gegevens heeft u alleen nodig bij een bijbehorend bouwwerk dat hoger is dan 5 meter en dat getoetst wordt aan de bouwtechnische regels.

  • Vermeld hoe brandwerend het gebouw is. Noem de weerstanden tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO)
  • Vermeld hoe het gebouw geïsoleerd is. Noem hierbij de warmteweerstanden (RC-waarden) van de buitenste scheidingsconstructies (alle lagen van het dak en de wanden).
  • Vermeld hoe het gebouw geventileerd wordt. Noem de ventilatievoorzieningen en het vermogen van de ventilatie.
  • Vermeld hoeveel daglicht er in het gebouw binnenkomt. Dit noemen we de daglichtberekening.

Wat kost een aanvraag of een melding?

Het aanvragen van een vergunning kost geld. De kosten voor het aanvragen van een omgevingsvergunning of een conceptaanvraag kunnen verschillen. Voor alle kosten bekijkt u de tarieventabel van leges voor omgevingsvergunningen in Haarlemmermeer

Een melding kost u niets.

Wanneer krijg ik bericht over mijn aanvraag?

De gemeente neemt meestal binnen 8 weken een besluit. Soms duurt dit langer. U ontvangt het besluit via e-mail. Krijgt u een vergunning? Dan kan er daarna nog 6 weken bezwaar gemaakt worden tegen dit besluit. U kunt tot die tijd dan ook het beste wachten met de uitvoer van uw plannen.

Heeft u een omgevingsvergunning gekregen? De gemeente controleert de manier waarop u uw plannen uitvoert. Doet u dit niet volgens de regels van de vergunning? Dan kan de gemeente de bouw stilleggen of u opdracht geven het bouwwerk af te breken.

Waar kan ik terecht met vragen?

Wilt u nog iets weten? Bijvoorbeeld over het aanvragen van een vergunning of over de proef vergunningsvrij bouwen? Of over het doen van een conceptaanvraag? Bel dan met team vergunningen via 0900 1852. Of stuur een e-mail naar info@haarlemmermeer.nl

Gaat het om een bedrijfspand? En wilt u de status van uw aanvraag weten? Neem dan contact op met de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied via 088 567 0200.

Bent u een bedrijf of goed doel? En heeft u een plan (initiatief) dat niet past in de regels van het bestemmingsplan? Neem dan contact op met het Ondernemersplein via ondernemersplein@haarlemmermeer.nl of via 0900 1852.