8 juli 2022
Het is een administratief probleem. Een bedrijf wil namelijk graag een contract met de stroomleverancier afsluiten met een maximum aan stroom. Tennet en Liander, de stroomleveranciers, kijkt alleen naar de gereserveerde hoeveelheid en mogen niet meer verkopen dan het netwerk aankan. Tennet gaf aan met bedrijven in gesprek te willen om te kijken of een deel van de ongebruikte stroom teruggegeven kan worden, wellicht tegen betaling. Dan komt er ruimte voor nieuwe bedrijven, die nu achter het net vissen. Maar verplichten kunnen Tennet en Liander dat niet.
Als we specifiek naar Haarlemmermeer kijken, zien we dat alleen de datacenters al met elkaar een gecontracteerd vermogen van ca. 500 MVA reserveren?. Hiervan wordt momenteel slechts 150 MVA afgenomen. Voor de beeldvorming: de gemeente Den Bosch inclusief alle bedrijvigheid van die stad trekt ca. 200 MVA. Waar zit het verschil tussen de gecontracteerde en de daadwerkelijk afgenomen capaciteit?Voor een deel komt dat omdat niet alle datacenters operationeel zijn, maar de belangrijkste factor is dat een datacenter nooit de volledige capaciteit afneemt. Een datacenter zal alleen de volledige capaciteit afnemen als alle servers 100% draaien, alle airco’s 100% draaien. Dat zou dus een snikhete dag moeten zijn, waarbij iedereen tegelijkertijd die servers maximaal belast. Dat is een volstrekt onrealistisch scenario.
Datacenters claimen al jaren capaciteit, die ze vervolgens niet gebruiken. Een concreet voorbeeld is een datacenter dat 50 MVA gecontracteerd heeft, en nog geen drie procent daarvan afneemt. Echter, voor de energieleveranciers maakt dit niet uit: zij moeten op elk moment 50 MVA kunnen garanderen. En dus kan de capaciteit niet vrijgemaakt worden voor andere afnemers: bedrijven of woningen.
Momenteel wordt minimaal 150 MVA van het stroomnet van Liander niet gebruikt. Tegelijkertijd kunnen innovatieve ondernemers, met honderden extra arbeidsplaatsen, geen 1 MVA verbinding krijgen. Dat knaagt.
We zien ook dat datacenters bang zijn om hun stroomreservering af te schalen, omdat ze bang zijn dat concurrenten die stroom-ruimte pakken. De consequentie hiervan is echter dat een publieke voorziening, namelijk stroom, wordt gebruikt in een concurrentiestrijd. De gevolgen zijn groot: nieuwe bedrijven krijgen geen stroom, maar ook woningen, supermarkten, sportfaciliteiten en andere maatschappelijke faciliteiten krijgen geen stroom. In een economie die toch al door diverse crises onder druk staat, is dit niet wenselijk.
Minister Jetten van Energietransitie gaat met ons mee. Hij wil het principe ‘use it or lose it’ invoeren. Dus als je de stroom waar je recht op hebt volgens je contract niet gebruikt, dan verlies je die rechten. Maar dit duurt nog heel lang, terwijl het probleem nu al nijpend is.
Tot het moment dat dit ‘use it or lose it’ principe in stelling wordt gebracht, werken wij samen met andere partijen aan innovatieve oplossingen. Zo hebben wij op een bedrijventerrein een virtueel stroomnetwerk tot stand gebracht, waarbij bestaande en nieuwe stroomvoorzieningen worden samengevoegd, zodat er nooit teveel gevraagd kan worden, maar toch iedereen stroom heeft. Dat gaan wij nu ook proberen op andere bedrijventerreinen. Dit voelt als een doekje voor het bloeden, want als de datacenters dit met elkaar doen, dan is er een enorme hoeveelheid stroom beschikbaar.
Jurgen nobel (VVD) en Charlotte van der Meij (D66) zijn wethouder in Haarlemmermeer