Logo van Rekenkamer Haarlemmermeer dat doorverwijst naar de homepage van Rekenkamer Haarlemmermeer

Zoeken

Dit is een site van de gemeente Haarlemmermeer

Opvolgonderzoek Mobiliteit

De rekenkamer heeft getoetst of de aanbevelingen uit haar onderzoek naar het Deltaplan Bereikbaarheid uit 2018 zijn uitgevoerd.

Haarlemmermeer blijft groeien in aantal woningen, inwoners en arbeidsplaatsen. Bereikbaarheid van en binnen de gemeente blijft een actueel aandachtspunt voor de gemeenteraad. In 2018 deed de rekenkamer van Haarlemmermeer een onderzoek naar de uitvoering van het Deltaplan Bereikbaarheid: De toekomst binnen bereik?externe-link-icoon. Inmiddels is het Deltaplan Bereikbaarheid vervangen door een nieuw beleidskader: de Mobiliteitsvisie, die tijdens het RKC onderzoek al in ontwikkeling was. Bij de formulering van de aanbevelingen in 2018 heeft de rekenkamer hiermee rekening gehouden. De rekenkamer heeft nu getoetst of de aanbevelingen van destijds zijn opgevolgd. De webtekst hieronder is ook als 'Notitie Mobiliteit in beweging' beschikbaar.

Inleiding

In een opvolgonderzoek toetst de rekenkamer of haar aanbevelingen uit eerder onderzoek zijn opgevolgd. De rekenkamer kiest bewust en in samenspraak met haar klankbordgroep uit de raad voor welke onderzoeken zij een opvolgonderzoek doet. De rekenkamer heeft onderzocht of de aanbevelingen uit haar onderzoek De Toekomst binnen bereik? uit juli 2018, zijn uitgevoerd. De staan hieronder.

Waarom bereikbaarheid?

Haarlemmermeer blijft groeien in aantal woningen, inwoners en arbeidsplaatsen. Bereikbaarheid van en binnen de gemeente is daarmee een actueel aandachtspunt voor de raad. Inmiddels is het Deltaplan Bereikbaarheid vervangen door een nieuw beleidskader: de Mobiliteitsvisie, die tijdens het RKC onderzoek al in ontwikkeling was. Bij de formulering van de aanbevelingen destijds heeft de RKC hiermee rekening gehouden. Die aanbevelingen zijn gericht op het nieuwe beleid. De gemeenteraad heeft destijds alle aanbevelingen van de RKC overgenomen.

Wat onderzocht de RKC in 2018?

Het doel van het RKC onderzoek uit 2018 was inzicht krijgen in de mogelijkheden die het college en de raad hebben om de bereikbaarheid van Haarlemmermeer te beïnvloeden en te verbeteren en hoe deze mogelijkheden zijn gebruikt bij de uitvoering van het Deltaplan Bereikbaarheid. De focus lag daarbij op het leren voor de toekomst: welke lessen kunnen we op basis van het verleden trekken voor het toekomstige bereikbaarheidsbeleid van de gemeente Haarlemmermeer? Voor een uitgebreide beschrijving van de vraagstelling, resultaten, conclusies, aanbevelingen en bestuurlijke toezeggingen klikt u hier.

Wat is het doel van dit opvolgonderzoek?

Het doel van dit opvolgonderzoek is de raad inzicht te geven in:

a. wat het huidige mobiliteitsbeleid op hoofdlijnen inhoudt.

b. welke aanbevelingen uit het onderzoek De toekomst binnen bereik? uit 2018 zijn opgevolgd.

Bereikbaarheid is een onlosmakelijk onderdeel van het mobiliteitsbeleid. De gemeente gebruikt de term ‘mobiliteit’. We spreken verder in deze notitie niet meer van ‘bereikbaarheid’ maar van ‘mobiliteit’.

Hoe heeft de RKC dit opvolgonderzoek uitgevoerd?

De RKC heeft gesprekken gevoerd met een senior beleidsmedewerker, de verantwoordelijk teammanager en de financial controller van Verkeer en Vervoer van de gemeente Haarlemmermeer. Daarnaast heeft de RKC documenten bestudeerd (zie bijlage).

Het mobiliteitsbeleid van de gemeente

De Mobiliteitsvisie Vrijheid van Bewegen is sinds 2018 het beleidskader voor mobiliteit. Dit is de opvolger van het Deltaplan Bereikbaarheid. In tegenstelling tot het Deltaplan Bereikbaarheid behandelt de mobiliteitsvisie ook de bereikbaarheid van de vroegere gemeente Haarlemmerliede Spaarnwoude, die met ingang van 2019 is samengegaan met de gemeente Haarlemmermeer. De mobiliteitsvisie beschrijft tien ambities op het gebied van verkeer, vervoer en verkeersveiligheid (tabel 1) en wordt in principe eens per tien jaar vernieuwd. De mobiliteitsvisie kent verschillende uitwerkingen op deelonderwerpen. Enkele voorbeelden zijn de Netwerkstudie 2040, de (concept) verkeersstructuurplannen voor Nieuw Vennep en Hoofddorp, en het concept-Fietsplan.

In de Onderzoeks- en investeringsagenda Mobiliteitexterne-link-icoon Haarlemmermeer 2020-2023 staan de prioriteiten in de uitvoering van de mobiliteitsvisie. Deze agenda wordt elke bestuursperiode (dus elke vier jaar) opnieuw opgesteld op basis van het coalitieakkoord, en vervolgens door de raad vastgesteld. In het jaarlijkse Uitvoeringsprogramma Mobiliteitexterne-link-icoon prioriteert het college verder op basis van de beschikbare middelen, de versnelling van de woningbouw en nieuwe ontwikkelingen. Het Uitvoeringsprogramma Mobiliteit is geen portfolio van projecten zoals het Deltaplan Bereikbaarheid was. In het Uitvoeringsprogramma zijn studies, processen, projecten en overige werkzaamheden weergegeven die in een bepaald jaar moeten bijdragen aan de doelstellingen en ambities van de Haarlemmermeerse mobiliteitsvisie. Onderdeel van het Uitvoeringsprogramma is ook de in 2020 opgezette Mobiliteitsmonitor. Deze geeft jaarlijks informatie over de voortgang van de projecten en bevat daarnaast een verscheidenheid aan monitoringsdata (bijvoorbeeld aantal treinreizigers per station, vertragingen in de spits, wijze van verplaatsen binnen de gemeente). Drie keer per jaar ontvangen raadsleden de Voortgangsrapportage Mobiliteitexterne-link-icoon. Deze bevat de meest actuele informatie over de stand van zaken van projecten en andere lopende zaken op het gebied van verkeer en vervoer. In de producten van de P&C-cyclus (Programmabegrotingexterne-link-icoon en Jaarrekeningexterne-link-icoon) rapporteert het college elk jaar over de bekostiging van het mobiliteitsbeleid.

De tien ambities uit de mobiliteitsvisie Haarlemmermeer (2018)

1. Vrijheid van bewegen en vrijheid om een vervoermiddel te kiezen.

2. Ruimte voor innovatie voor het 'nieuwe bewegen'.

3. Een efficiënt en flexibel mobiliteitssysteem: klaar voor de toekomst.

4. Bestaande knelpunten in het netwerk oplossen.

5. Mobiliteit met oog voor de leefomgeving.

6. Veilig bewegen.

7. Evenwichtige ontwikkeling op de juiste plek, met de juiste functies

8. Mobiliteit in en door Haarlemmermeer: gedeeld belang van gemeente, regio, rijk en bedrijfsleven.

9. Faciliteren van schone en stille mobiliteit.

10. Monitoring en indicatoren.

Toetsing van de aanbevelingen

In dit hoofdstuk lopen we de aanbevelingen na uit het onderzoek De toekomst binnen bereik? en geven we per aanbeveling het resultaat van de toetsing door de RKC weer.

Aanbeveling 1

Formulering

Geef het college opdracht het nieuwe mobiliteitsbeleid dusdanig in te richten, dat er voldoende flexibiliteit en wendbaarheid mogelijk is om effectief te kunnen inspelen op nieuwe technologische en maatschappelijke ontwikkelingen (bijvoorbeeld op het gebied van Smart Mobility). Daarbij hoort ook een duidelijke visie op de manier waarop het college wil beschikken over accurate, actuele en volledige data. 

Toetsing

Deze aanbeveling is opgevolgd. De combinatie van de Onderzoeks- en investeringsagenda Mobiliteit en het Uitvoeringsprogramma Mobiliteit (zie hoofdstuk 2) geven ruimte voor flexibiliteit bij het realiseren van de Mobiliteitsvisie. Het Uitvoeringsprogramma maakt het mogelijk om jaarlijks in te spelen op maatschappelijke en nieuwe technologische ontwikkelingen. Het geeft een beeld van de uit te voeren mobiliteitsmaatregelen in het betreffende jaar en de manier waarop de gemeente hierover rapporteert en hierop bijstuurt. In het uitvoeringsprogramma 2020-2021 geeft het college een uitgebreide visie op de wijze waarop het wil beschikken over accurate, actuele en volledige data . De gemeente meet niet alles wat mogelijk is, maar weegt af of de kosten van het meten in verhouding staan tot de baten van het meten.

Aanbeveling 2

Formulering

Geef het college opdracht de doelstellingen en monitoring van het nieuwe bereikbaarheidsbeleid zodanig in te richten dat de raad inzicht krijgt in de keuzes die het college wil maken, het handelen van het college, tijdig kan controleren en vaststellen, en initiatieven kan nemen om bij te sturen op zowel strategisch beleidsniveau als in de keuze van maatregelen. 

Toetsing

Deze aanbeveling is deels opgevolgd.  De RKC constateert dat er een schat aan actuele informatie beschikbaar is voor de raad over de uitvoering van het beleid. Met voortgangsrapportages neemt het college drie keer per jaar de leden van de gemeenteraad mee in de uitvoering van projecten op het gebied van verkeer en vervoer. Van elk project waar nieuws over te melden is, staat een korte beschrijving van de stand van zaken. Met een stoplicht wordt de status van het project in één oogopslag duidelijk. De RKC vindt dat het college de raad hiermee voldoende in staat stelt om op uitvoerend niveau te controleren en te sturen. 

De RKC constateert dat het lastiger is voor de raad om op strategisch niveau invloed uit te oefenen. De raad heeft begin 2019 de Mobiliteitsvisie inclusief de ambities voor het Haarlemmermeerse mobiliteitssysteem vastgesteld. De RKC vindt de ambities te vaag geformuleerd om na te kunnen gaan of die met de maatregelen in het Haarlemmermeerse mobiliteitssysteem worden bereikt. Neem de ambitie “Een efficiënt en flexibel mobiliteitssysteem: klaar voor de toekomst”. Wat is een efficiënt en flexibel mobiliteitssysteem en hoe stel je vast of je dat realiseert? 

De Mobiliteitsmonitor bevat informatie uit verschillende bronnen  en laat de raad lange termijn trends en ontwikkelingen van het mobiliteitssysteem in de gemeente Haarlemmermeer zien. Maar doordat de ambities vaag zijn geformuleerd, is het niet duidelijk hoe de doelstellingen, uitvoering en monitoring zich tot die ambities verhouden. De RKC vraagt zich daarom af of de raad de afgelopen jaren op strategisch beleidsniveau voldoende in staat was om te sturen op keuzes die de ambities dichterbij brengen. Zie ook de toetsing van aanbeveling 5.

Aanbeveling 3

Formulering

Geef het college opdracht om de komende jaren samen met de raad kennis op te doen van de diverse opgestarte nieuwe ontwikkelingen zoals pilots en marktinitiatieven op het gebied van bereikbaarheid in de nabije geografische omgeving. Wanneer die pilots beproefd blijken, kunnen ze mogelijk, zij het in andere vorm en afgestemd op het gemeentelijk beleid, worden geïmplementeerd in Haarlemmermeer. 

Toetsing

Deze aanbeveling is opgevolgd. Pilots en marktinitiatieven zet het college in om te beproeven of ze bijdragen aan het behalen van de door de raad vastgestelde ambities. De gemeente voert regelmatig pilots uit. Als ze succesvol blijken worden ze na afloop van de proef breder geïmplementeerd. Enkele voorbeelden van onlangs uitgevoerde pilots: 

  • Pilot slim laadplein op het Marktplein in Hoofddorp 
  • Tweejarige pilot deelauto's
  • Pilot slim parkeren in samenwerking met het bedrijf Spotten.
  • Pilot windturbine verkeerslichten voorziet de verkeerslichten op de Rijnlanderweg van stroom.
  • Pilot dynamisch dimmen van straatverlichting op gelijkstroom op het Dr Heijepad in Abbenes
  • Connected Transport Corridors voor efficiënter, veiliger en duurzamer transport in Nederland.
  • Slimme meetverdeelkasten voor openbare verlichting: storingen worden automatisch gemeld en verlichting kan op afstand geschakeld worden.

De raad wordt geïnformeerd over geplande en gerealiseerde pilots in het Uitvoeringsprogramma en de Voortgangsrapportages. De raad heeft in de raadsvergaderingen de mogelijkheid om hierover vragen te stellen of ideeën voor nieuwe pilots aan te dragen. De RKC heeft in de documenten niet kunnen vinden hoe de pilots moeten bijdragen aan het realiseren van de ambities van de mobiliteitsvisie.

Aanbeveling 4

Formulering

Geef het college opdracht de waardering van bewoners van de mobiliteit structureel te meten en hierover te rapporten aan de raad, bijvoorbeeld door De Staat van Haarlemmermeer  uit te breiden met een hoofdstuk over mobiliteit.

Toetsing

Deze aanbeveling is deels opgevolgd. De RKC ziet dat het college werk heeft gemaakt van de aanbeveling door informatie over de beleving van inwoners te verzamelen voor de raad. Zo is in de Mobiliteitsmonitor informatie verwerkt over de beleving van inwoners uit bijvoorbeeld participatierondes die zijn gehouden voor het opstellen van de Mobiliteitsvisie. Daarin is ook informatie uit de landelijke Veiligheidsmonitor  opgenomen. In de voortgangsrapportages staat de waardering van inwoners voor het OV, die door een externe organisatie (CROW ) wordt gemeten. In de bevolkingsenquête van de onderzoeksafdeling van de gemeente zijn vragen over mobiliteit gesteld. De resultaten hiervan worden in de eerstvolgende Mobiliteitsmonitor (2e meting) opgenomen. Er is echter (nog) geen sprake van structurele meting van de waardering van inwoners van de mobiliteit. Het streven van de gemeente is om eens per vier jaar een belevingsonderzoek uit te zetten, maar dit voornemen is onder andere door covid nog niet van de grond gekomen.

Aanbeveling 5

Formulering

Geef het college opdracht de raad tijdig te betrekken bij de keuzes en verantwoording van het bereikbaarheidsbeleid en de raad helder inzicht te bieden in de keuzes die het college aan de raad voorlegt. Verzoek het college de alternatieven telkens inzichtelijk te maken. 

Toetsing

Deze aanbeveling is deels opgevolgd. In 2018 heeft de raad de Mobiliteitsvisie vastgesteld. Het jaarlijkse Uitvoeringsprogramma en de Voortgangsrapportages worden besproken in de raadsvergadering. De raad krijgt volgens de RKC zo voldoende informatie en gelegenheid om vragen te stellen over keuzes die het college maakt. Echter, de aanbeveling gaat verder dan dat: namelijk over het aandragen van alternatieven door het college, inclusief een advies aan de raad op basis van een transparante afweging van argumenten. De RKC heeft een dergelijke werkwijze niet in de documenten aangetroffen. Een raadswerkgroep nam de Jaarstukken 2021 onder de loep  en concludeerde in juni 2022 dat de financiële sturingsmogelijkheden van de raad bij het mobiliteitsbeleid beperkt zijn. Een totaaloverzicht ontbreekt omdat de gemeente ook in andere beleidsvelden uitgaven doet voor het mobiliteitssysteem (bijvoorbeeld in het beleidsveld Wonen). Daarnaast zijn er verschillende partijen die het mobiliteitsbeleid meefinancieren (waaronder rijk, vervoerregio en provincie). De raadswerkgroep vraagt het college dan ook om de geldstromen voor mobiliteit inzichtelijk te maken: waar komt het geld vandaan, om hoeveel geld gaat het op jaarbasis en in welke begrotingsonderdelen is dit opgenomen? De RKC constateerde al bij aanbeveling 2 dat de gemeente veel informatie over het mobiliteitsbeleid aan de raad verstrekt. Maar ook dat meer overzicht voor de kaderstellende en controlerende taken van de raad gewenst is. Dat geldt ook voor de financieringsstromen in het mobiliteitsbeleid.

Conclusies en aanbevelingen

De RKC heeft getoetst of de aanbevelingen uit haar onderzoek De toekomst binnen bereik? uit 2018 zijn opgevolgd. Dit opvolgonderzoek laat zien dat aanbeveling 1 en 3 zijn opgevolgd. Aanbevelingen 2, 4 en 5 zijn deels opgevolgd. 

Wat gaat goed?

Het huidige mobiliteitsbeleid biedt voldoende mogelijkheid tot flexibiliteit en wendbaarheid om in te kunnen spelen op nieuwe technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. In het uitvoeringsprogramma 2020/2021 geeft het college aan hoe hij wil beschikken over accurate, actuele en volledige data (aanbeveling 1). De door de raad vastgestelde Mobiliteitsvisie Vrijheid van bewegen (2018) bevat het beleidskader voor mobiliteit voor 10 jaar. Het onderzoeks- en investeringsprogramma geeft de raad aan het begin van elke bestuursperiode inzicht in de prioriteiten van het nieuwe college. De RKC constateert dat het college veel informatie met de raad deelt over en voor de uitvoering van de Mobiliteitsvisie. Het jaarlijkse Uitvoeringsprogramma Mobiliteit en de Voortgangsrapportages geven de raad handvatten om de uitvoering van het beleid te volgen, te controleren en desgewenst bij te sturen. Het college heeft de monitoring van het beleid vormgegeven om de controle op lopende projecten mogelijk te maken (aanbeveling 2). Het college voert regelmatig pilots uit om kennis op te doen van nieuwe ontwikkelingen en marktinitiatieven op het gebied van mobiliteit (aanbeveling 3). De gemeente put onder andere uit de bevolkingsenquête en de veiligheidsmonitor voor inzicht in de beleving van haar inwoners als het gaat om mobiliteit en veiligheid (aanbeveling 4). De prioritering in het jaarlijkse Uitvoeringsprogramma en de actuele stand van zaken in de Voortgangsrapportages stellen de raad in de gelegenheid om aanpassingen in de uitvoering van de Mobiliteitsvisie voor te stellen (aanbeveling 5). 

Wat kan beter?

De RKC vraagt aandacht voor de formulering van de ambities in de Mobiliteitsvisie. Deze zijn naar het oordeel van de RKC te vaag geformuleerd. Hierdoor is niet duidelijk hoe de doelstellingen daaraan zijn gekoppeld en hoe de pilots, projecten en activiteiten in het Haarlemmermeerse mobiliteitssysteem bijdragen aan het realiseren van die ambities. Een ander punt van aandacht betreft het voorleggen van verschillende beleidsopties aan de raad. De RKC heeft niet kunnen constateren dat het college de raad verschillende beleidsopties heeft voorgelegd om de verschillende ambities te realiseren (aanbeveling 2 en 5). De RKC vraagt zich verder af of de raad – ondanks de grote hoeveelheid informatie die wordt verstrekt - voldoende overzicht heeft om te sturen op strategische keuzes die de ambities dichterbij brengen (aanbeveling 5). Juist bij een flexibel ingericht beleid dat in staat is op actuele ontwikkelingen in te spelen, vindt de RKC het belangrijk dat de raad op elk moment overzicht heeft over het geheel, zodat hij als het ware van bovenaf kan zien hoe de beleidsinspanningen met elkaar bijdragen aan de ambities. Zij vraagt in dit kader ook aandacht voor de opmerking van een werkgroep uit de raad die zegt niet voldoende overzicht te hebben over de financiële stromen in de uitvoering van het mobiliteitsbeleid. Een strakkere formulering van de ambities en betere koppeling ervan aan de doelstellingen, pilots, projecten en activiteiten zal veel van de bovengenoemde aandachtspunten helpen oplossen.

Op basis van deze conclusies doet de RKC de volgende aanbevelingen aan het college: 

1.    Meet structureel hoe inwoners mobiliteit in Haarlemmermeer beleven en rapporteer hierover in de Mobiliteitsmonitor. 

2.    Formuleer de ambities helderder en maak expliciet hoe de pilots, projecten en andere activiteiten in het mobiliteitssysteem bijdragen aan de doelen en deze bovenliggende ambities. 

3.    Bied de raad overzicht van de belangrijkste documenten, rapportages en beslismomenten in de uitvoering van het mobiliteitsbeleid Vrijheid van bewegen en hoe deze inhoudelijk en in de tijd samenhangen.