Veel doelen gediend met soortenmanagementplan
Met het soortenmanagementplan ziet het college van burgemeester en wethouders van Haarlemmermeer er een goede manier in om inwoners te stimuleren vloeren, daken en spouw (de ruimte tussen binnen- en buitenmuur) te isoleren.
Veel vliegen in één klap
Maar daarmee zijn nog lang niet alle vliegen genoemd die in één klap kunnen worden geslagen. Het soortenmanagementplan dient de biodiversiteit, gaat de CO2-uitstoot tegen en kan vertraging van bouwprojecten - grote en kleine - voorkomen.
Er is ruim 1.100.000 euro voor nodig, te betalen uit de zogenoemde Specifieke uitkering Lokale Aanpak Isolatie. Dat is een Rijkssubsidie.
Beschermde natuurwaarden
Het Rijk subsidieert isolatiemaatregelen zoals vloer-, dak- en spouwmuurisolatie om energiearmoede tegen te gaan en de isolatieopgave te versnellen. De gemeente heeft de subsidiemogelijkheden aanvankelijk beperkt naar aanleiding van een uitspraak van de rechter. Door die uitspraak werden isolatiemaatregelen niet meer of in elk geval minder haalbaar. De rechter gaf in 2023 in de bewuste uitspraak namelijk aan dat beschermde natuurwaarden niet mogen worden geschaad.
Om daarvoor te zorgen, is ecologisch onderzoek en soms ook een vergunning nodig. En de subsidies die de gemeente voor isolatie kan verstrekken wegen in de verste verte niet op tegen de kosten van zo’n ecologisch onderzoek. Ook is het best veel geregel. De trein voor dak- en spouwmuurisolatie is door dit alles tot stilstand gekomen.
Gebouwbewonende soorten
Met het soortenmanagementplan kan de trein weer gaan rijden, zegt wethouder Charlotte van der Meij. “Het komt erop neer dat de gemeente op grote schaal, gebiedsgericht noemen we dat, ecologisch onderzoek verricht om ervoor te zorgen dat verdichten (bouwen in een bestaande wijk of kern, red.), andere bouwactiviteiten en woningisolatie niet ten koste gaan van gebouwbewonende soorten. Dat is jargon voor bijvoorbeeld vleermuizen, huismussen, spreeuwen en gierzwaluwen.”
Met het soortenmanagementplan ziet het college van burgemeester en wethouders er een goede manier in om inwoners te stimuleren vloeren, daken en spouw te isoleren. Foto: Shutterstock
Vleermuizen
Polderecoloog Moniek van Leeuwen: “Deze soorten maken hun nest- of verblijfplaats onder andere in spouwmuren, onder dakpannen, onder loodslabben en achter boeidelen. De nesten/verblijfplaatsen waar het soortenmanagementplan om draait zijn zogenaamde jaarrond beschermde verblijfplaatsen: ze zijn ook beschermd als het geen broed- of voortplantingsseizoen is. De dieren zijn honkvast en keren weer terug naar de verblijfplaats. En door het isoleren van een spouwmuur of dak, kan deze verblijfplaats worden vernield of ontoegankelijk gemaakt.”
“Nog erger is als die schade wordt aangericht terwijl de verblijfplaats in gebruik is. Dan wordt broedsel verlaten of vernield. Vleermuizen komen vast te zitten in de muur en sterven een vreselijke dood”, aldus Van Leeuwen.
Onderzoek verblijfplaatsen
Het soortenmanagementplan wordt opgesteld op basis van onderzoek in een bepaald gebied. Dat onderzoek brengt de belangrijkste verblijfplaatsen in beeld, zoals kraamverblijfplaatsen van vleermuizen en kolonies van vogels op huisnummerniveau. Daarna begint het managen van de soorten, want het soortenmanagementplan is onder meer gericht op het compenseren van verblijfplaatsen, deels vooraf. Ook stelt het de gebruiker van de vergunning in staat natuurvriendelijk te werk te gaan.
Doelen
Het mooie van het soortenmanagementplan is dat er zo veel doelen mee zijn gediend, vindt wethouder Charlotte van der Meij, verantwoordelijk voor onder meer klimaat en energie. “De inwoners die willen isoleren zijn ermee geholpen, evenals de beschermde soorten. Meer isolatie tilt de isolatielabels naar een hoger niveau en vermindert de CO2-uitstoot. En bouwprojecten hoeven geen vertraging op te lopen door een vleermuis.”