'Oneigenlijk grondgebruik in jonge wijken in 1,5 jaar afhandelen'
In anderhalf jaar tijd 774 dossiers van oneigenlijk grondgebruik afhandelen: daar komt kortgezegd het project Jongere Wijken op neer.
Inmiddels is daar een begin mee gemaakt en het is de bedoeling dat het over anderhalf jaar is afgerond. Dit project is een aanvulling op de reguliere aanpak van oneigenlijk gebruik van gemeentegrond. Het gaat om inwoners die een stuk grond gebruiken, voor bijvoorbeeld hun tuin, terwijl die grond eigenlijk van de gemeente is.
Twintig jaar
De gemeente heeft het externe bureau Eiffel de omvangrijke opdracht gegund om oneigenlijk grondgebruik in straten en wijken met een bouwjaar vanaf 2003 aan te pakken. Voor die leeftijd is gekozen omdat de meest voorkomende vorm van verjaring van eigendom van grond twintig jaar is. In de Gemeentewet staat dat de gemeente verplicht is haar eigendom te beschermen. Met dit project probeert de gemeente verlies van grond door verjaring zoveel mogelijk te voorkomen.
Er staan in Haarlemmermeer zo’n 18.000 bouwwerken met een bouwjaar vanaf 2003 waarin wordt gewoond. In 774 gevallen daarvan is mogelijk sprake van oneigenlijk gebruik van gemeentegrond. Daarvan is in ruim 400 gevallen vastgesteld dat de bewoners kadastrale grenzen zijn gepasseerd.
In de andere gevallen is meer onderzoek nodig. De verwachting is dat in de meeste van die ruim 400 gevallen de eigendomsgrenzen wel kloppen. Als dat zo is, kunnen die dossiers snel op de stapel ‘afgehandeld’.
Groot probleem
Oneigenlijk grondgebruik is een groot probleem in Haarlemmermeer. Uit onderzoek is duidelijk geworden dat bij een derde deel van de grondgebondenwoningen in heel Haarlemmermeer mogelijk sprake is van oneigenlijk gebruik van gemeentegrond.
Vooral in wijken die in de jaren 60, 70, en 80 van de vorige eeuw zijn gebouwd komt het veel voor. In deze wijken grenzen veel particuliere tuinen direct aan het openbaar groen. Bewoners gebruiken stroken als tuin of privé-parkeerplaats of maken een pad door het openbaar groen om bij de achterkant van hun woning te kunnen komen.
Oneigenlijk gebruik gemeentegrond is en blijft onacceptabel. Foto: Liesbeth van Leijen
Niet altijd bewust
Oneigenlijk grondgebruik gebeurt niet altijd bewust. Soms blijkt pas achteraf dat een (omheinde) tuin van een huis op gemeentegrond ligt. Hoe het ook zij, gemeentegrond is waardevol, zegt wethouder Charlotte van der Meij, die verantwoordelijk is voor onder meer juridische zaken, vergunningen en handhaving. En de gemeente kan het er niet bij laten zitten als inwoners grond gebruiken die niet van hen is, of ze dat nu bewust doen of niet. Zeker als de gemeente de grond nodig heeft om de openbare ruimte opnieuw in te richten of om er kabels en leidingen aan te leggen, moet de grond terug naar de rechtmatige eigenaar.
Algemeen belang
Wethouder Charlotte van der Meij: “En de rechtmatige eigenaar is de gemeente. Eigenlijk zijn we dat met zijn allen. Gemeentegrond is immers bedoeld voor dingen die voor de lokale samenleving van belang zijn. Denk aan kabels en leidingen. Of aan de energietransitie, biodiversiteit of klimaatadaptatie, oftewel hittestress, droogte en wateroverlast tegengaan. We doen er dingen mee die in het algemeen belang zijn. We zijn het ook wettelijk verplicht om oneigenlijk gebruik van gemeentegrond tegen te gaan.”
Rechtsongelijkheid
De aanpak van oneigenlijk grondgebruik dient niet alleen het algemeen belang, maar ook rechtsgelijkheid. Wethouder Charlotte van der Meij: “Het kan niet zo zijn dat de ene bewoner een aankoopverzoek indient en betaalt voor de gemeentegrond terwijl een andere bewoner zonder toestemming met gemeentegrond zijn tuin een stukje groter maakt. Deze rechtsongelijkheid wordt opgelost door oneigenlijk grondgebruik aan te pakken.”