Haarlemmermeerse kerken slaan handen ineen
De kerken in Haarlemmermeer hebben zich verenigd in hun aanpak om de Oekraïense vluchtelingen te helpen. Ze zamelen geld in en ondersteunen de vluchtelingen actief met allerlei producten, van luiers tot andere noodzakelijkheden. En ze helpen mee om verschillende activiteiten te organiseren. InforMeer ging in gesprek met Els Stans-van der Zee.
Het gebouw van De Lichtkring. Foto: De Lichtkring.
Els Stans is scriba (secretaris) van de kerk De Lichtkring, de protestantse gemeente in de wijk Toolenburg. Els vertelt: “Het begon toen onze dominee, Coen Wessel, tien notebooks aangeboden kreeg. Hij nam contact op met Vluchtelingenwerk voor de verspreiding ervan. Het contact was gelegd en zo ging het balletje rollen. Minara Kassanova van Vluchtelingenwerk vroeg wat de kerken konden betekenen voor Oekraïense vluchtelingen. Als lid van de Raad van Kerken Hoofddorpwas het voor Coen logisch om dit initiatief Haarlemmermeer-breed te maken. Hij heeft alle kerkelijke contacten in Haarlemmermeer aangeschreven. Nu doen er zo’n 20 kerken aan mee, protestantse, evangelische en katholieke kerken.”
Acties
Het initiatief is begonnen met een loods aan de Rijnlanderweg. “Daar maakten we tasjes voor Oekraïense en Russische chauffeurs met eerste levensbehoeften. Dat werd gevolgd door dagelijkse spreekuren in twee hotels. Bij de ene locatie zaten ’s morgens en ’s middags twee vrijwilligers van de kerk. Op de andere locaties zaten ’s middags twee vrijwilligers. Dat hebben we drie weken op verzoek van en in samenwerking met Vluchtelingenwerk gedaan. Daarna is het overgenomen door een andere organisatie.
Vraaggericht
De ongeveer 35 vrijwilligers werken vraaggericht. Els: “Wij laten ons leiden door de vragen die we krijgen en daar gaan we mee aan de slag. Tijdens de spreekuren kwamen allerlei vragen aan de orde. Bijvoorbeeld een bemiddelingsvraag voor mensen die naar een dokter of een tandarts moeten. Dan bellen wij de arts en maken de afspraak. De vluchtelingen zijn erg zelfredzaam, dus wij gaan niet mee naar de afspraak. En soms gaat het alleen om het aanhoren van het verhaal van mensen.”
De Oekraïense vluchtelingen hebben heel veel vragen op verschillende gebieden. Die zijn breder dan geloofsvragen. Met alle vragen konden zij bij ons terecht. Wij zochten het een en ander uit en gaven antwoord of zetten ze door als wij deze niet konden beantwoorden. Nu zijn we gevraagd om vanaf vrijdag 6 mei een spreekuur te houden bij Vluchtelingenwerk op kantoor. Dat is dan voor Oekraïense vluchtelingen die bij particulieren verblijven.”
Toekomst
Wat de gezamenlijke kerken in de toekomst nog van plan zijn op te pakken hangt af van de vragen die ze krijgen. Els: “Ook nu laten we ons leiden door de vragen. Voorlopig gaan we de komende zes weken aan de slag met de vragen van de vluchtelingen die bij particulieren zijn ondergebracht. Of natuurlijk zoveel langer als nodig is. Misschien komen de hotelspreekuren weer terug. We gaan het zien.”
Inzamelen
Ook voor het inzamelen van producten geldt dat de vraag leidend is. Els: “Zo kwam vanuit de hotels de vraag om fietsen. Die hebben we geregeld. Net als zomerjassen, schoenen in allerlei maten, luiers, toiletartikelen, telefoonkaarten, kortom, zaken waar behoefte aan is. We hebben goed contact met de Meerwinkel, de kringloopwinkel in Hoofddorp. Iemand van ons haalde de spullen op en bij het uitzoeken van de fietsen gingen de vluchtelingen met een vrijwilliger mee. Dat was natuurlijk wel even handig. We hebben veel hulp van winkels en organisaties. Zo ging er een bril kapot van een vluchteling. Een vrijwilliger belde haar eigen opticien en die gaf een gratis bril. Of een museumbezoek; een Oekrainse moeder wilde met een stel kinderen naar Nemo. Dan bellen wij met Nemo. In overleg werd er een datum gekozen waarop de kinderen gratis naar Nemo mochten. Wij faciliteerden alleen. Mensen komen met ideeën en wij kijken naar de uitvoerbaarheid.”
Waarom Els dit doet? “Het is zo verrijkend om hiermee bezig te zijn. Je doet wat voor een ander en je krijgt er heel veel voor terug. Die wederkerigheid en de onderlinge saamhorigheid vind ik heel bijzonder.”